270 JOAN FERD. ELLERBEEK
ftig zyn ter bewaringe en herftellinge
van de gezondheid, gelykdoortaJloo-
ze voorbeelden veelligt te ftaaven
was. In die gedagte wierd ik bevestigd
uit overweegingedat even gelyk de
fcorbut gewoonelyk toeneemt onder
de fchepelingenna dat zy 2, 3 of 4
maanden in zee geweest zynzoo ook
de aanwas van dat kruid aan de fche-
pen; want in 't begin na derzelver uit-
ioopen ziet men 'er weinig van aan, en
na aatze 334 maanden in zee geweest
zyn, zoo hangt het'er in vollen over
vloed aan. Deze gedagte aan eenen
anderen Heer openbaarende, kwam
die denzelven niet onwaarfchynelyk
voor. Ik vroeg derhalven aan den
wagthebbenden Officier of wat van
die groente voor my mogte vergaderd
worden; die zulks niet alleen volveer-
dig inwilligdemaar daar toe aanftonds
bevel gaf aan de matroozen, welke 't
fchip fchrabden, die my fpoedig een
aanzienelyke meenigte van 't zelve be
zorgden. Ditkruid onderzoekende, be
vond ik, dat deszelfs gedaante meest
al lang en frnal van blad wasen eenige
met brecde en getakte blaaden voor
zien; om deszelis gelykende gedaante
aan