XCIX
gi'ootfle aanbelang voor Vorften en eerde Staart
dienaaren, om door fchyn van woorden niet be
drogen te worden, niemand zonder gewigtige re
denen te wantrouwen, dreigende onheilen afte
wenden en zich te verfterken tegen allen gevrees-
den of bedreigden aanval; de Prins, zegge ik,
worp aanftonds een kwaad oog op dezen Span
jaarden waarfchouwde de Algemeene Staaten, ini
een' brief, aan dezelven in ilachtmaand des jaars-
1576 uit Middelburg gefchreven, dat zy zich
voor de trouwloosheid van Don Jati moeiten
wachten, in geen verdrag met hem komen, eri
hem niet voor Landvoogd aannemen, dan onder
eenige voorwaardenvan welke geenzins de min-
fte Was, dat het Spaanfche en alle ander vreemd
Krygsvolk ten Lande moeste uittrekken. Voor-
Waar een wyze raad. Men hadt helaasmaar al
te veel, ten tyde van Alva en Requefens, onder
vonden de' nadeelige gevolgen van 't verblyf der
Krygsknechten in de Nederlanden; en men be
greep nu zeer wel, dat Don Jdn, indien hy, naar
zyn fchryven aan de Staaten, waarlyk gekomen
was om het oproer te bedaren en de vryheid te
hefltellengeen zwarigheid behoefde te makenom
zich deze voorwaarde te laten welgevallengelyli
ook, dat hy indien de Spaanfche benden ver-*
trokken warengeen vermogen zou hebben zoo
veel kwaads uittevoerenindien hy anders daar toe
gezind mögte zyn. Na lang dralens, befluit hy
het gemelde Krygsvolk de Nederlanden te doen
ontruimen, doch onder beding, dat zulks te wa
ter moefte' gefchieden. Zvn onbezonnen toeleg
op Engeland, waarvan ik zoo aanftonds gefpro-
feen heb, een diep geheim, in dien tyd noch niet