t CXI ge Gewesten, de Unie vondt in dezelve, min of meer, ook tegenftand en hinderpaalen. Want, om nu maar te fpreken van zulke Landfcbappen, die noch tot de vereenigde Gewesten behooren, de meefte Gelderfche StedenAmersfoort in het Sticht van Utrecht, de Stad Groningen, waren niet genegen, ofweigerdenrondelyk, in onderhandelin gen op dit punt te treden. Die van Friesland, Overysfel en Drenthe werden, door verfcheiden omftandighedenwederhouden, om zich diep in deze zaak intelaten. Niettegenftaande dit alles, wist de Graaf van Nasfaudoor welberaden mid delen en onvermoeide pogingen, het daar henen te bellierendat de Afgevaardigden van verfchei den Gewesten, in Wintermaand 'sjaars 1578, naar Utrecht kwamen, over de hoofdpunten en voor waarden der Unievolgens hunnen lastraadpleeg den, en eindelyk. den zesden der genoemde maand, by voorraad tot een befluit kwamen. Men hadt, van tyd tot tyd, de ontwerpen der Unie be- fchaafd, vermeerderd, verbeterd, en, zoo veel mo- gelyk was, veranderd ten genoegen der Gewes ten en Steden. Dit is bekendvooral federt de geleerde en beroemde Burgemeefter van Goes, de Heer van de Spiegel (f onlangs de ontwar»- pen van de Unie van Utrecht door den druk aan 't licht gebragt heeft; die daar by zyne belofte, reeds by eene vorige gelegenheid gedaanver nieuwde, van Nederland te zullen verfyken met eene Staatkundige Hiftorie van dit Utrechtfche Verbond, eene belofte, wier vervulling, gaat het naar (t) Thans Secretaris der Edele Mogende Heeren Staaten van Zeeland.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 113