CXXII
waren de Roomschgezinden niet te vreezen had
den en elk bevryd bleef van geloofsonderzoek en ge
wetensdwang, zynde het zeer aanmerkelyk, dat-
de opheldering van dit punt inden kostbaaren druk
der Unie niet te lezen zyhier by kwam eene
bepaling nopens de goederen en het onderhoud
der Geestelyken en Kloosterlingenwaar van de
nadere verklaring, ook op den eerftcn van fprokkel-
maand vastgefteldin die oorfpronglyke uitgave
noch voorhanden is; de beflisfing der gefchillen
tusfehen de verbonden Provinciën of binnen de
zelve, gerezen; punten, waar over meermaals
twisten ontftaan zvn, doch over welker recht
verhandgeiyk wy allen hartelyk wenfehen, na
dezen nooit meer getwist worde; de handhaving
van recht en gerechtigheid, welke de vastheid
van een Land is; het achterlaten van zulke
lasten in eene der verbonden Provinciëndie tot
last en nadeel van eene andere zyn zoudende
vergadering der Staaten van de Vereenigde Gewes
ten, om, met gemeen beleid, te raadplegen over
's Lands algemecne belangen; eindelyk, het
uitleggenveranderen of vermeerderen van de
punten der Uniewaar toe byzondere tydsomftan-
digheden, naderhand, aanleidinge zouden konnen
geven, en zelfs de gezamenlyke Bondgenooten
verplichten. Welkeen ruim veld van overdenkin
gen, in een kort bellek! Wat al zaaken, in weinige
woorden! Elk, die ooit de Unie van Utrecht ge
lezen heeft, zai my dit gereedelyk toeftemmen.
Hoe meer wy dit Verbond, in zyn geheel be-
fchouwd, met aandacht naargaan en ons daar by
te binnen brengen de kommervolle om Handigheden
van dien verwarden tydzullen wy deze Unie ook
te