CXXXIII
delingen heeft zulks belet en het
Genootfchap doen befluiten, om
de uitgave van die (lukken te ver-
fchuiven tot het ix deel, 'tgene
bykans afgedrukt isen korten tyd
na dit deel zal in 't licht komen.
Hier vindt men, derhalvenalleen-
lyk drie Antwoorden op de vraag
over de verbeteringe der Schoo
ien, door de Heeren Kromvan
der Palm en van Voorst gefchre-
venwaar by gevoegd zyn eeni-
ge aanmerkingen ten groot(len
deele ontleend uit de overige toe
gezonden Antwoorden, doch die
door het Genootfchap niet be
kroond warenen een aanhangfel
van den Heere G.J.Nahuyswiens
vroegtydigen dood het Zeeuwfche
Genootfchap, de Hooge School
van Leiden en de geheele Kerk in
Nederland^ om gewigtige redenen,,
zeer betreurt, en noch lang na
dezen betreuren zal. Die Heer,
ne_.