DER SCHOOLEN. 63 eenige dingen, waar in het onderwys ech ter zeer noodig is, niet genoeg, of in 't geheel geen werk gemaakt wordt. Daar toe konde ik brengen de Bybelfche gefchie- denisfeneen onderwystot regt verlland van Gods Heilig Woord en om de lees lust van het zelve by de Jeugd op te wek ken en aan te kweeken, zeer noozaake- lykwaar in derhalven ook op zekere ty- denal was het maar ééns of tweemaalen in de weekonderwys diende gegeven te wordenwaar toe ik voor zulkendie 't Hiftorisch Vraageboekje van Borjlius ge leerd hebben, zeer zou aanpryzen, het nuttig werkje van den Heer G. van Kesfeh in leven waardig Predikant in '5 Grayenha "ge, of de Bybelfche Hifiorie-vragen van den Heer A. van den Berggeachten Pre dicant te Arnhem. Waar. by zulken, die wat verder zynde grootere werkjes van de Heeren BKafs ofKulenkamp te huis kon den gebruiken., of ook by gedeelten op de School over de les,die uit van Kes- fel of van den Berg opgezegd wasbreeder voorlezen. Behalven dat ook de verst- gevorderdeuit den Bybel zelf, dat gedeel te der gefchiedenis't welk volgends het boekje van den Fleer van Kesfel enz. op zulk eenen dag de les wasbreeder zou den moeten verhaalen, en zich in Haat Hellen,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 205