212 VERBETERING aangemerkt zal ik nog kortelyk eenigö byzonderheden melden welke vooral ten aanzien van deze Schooien behoorden plaats te hebben. 1. 't Geen ik van de lugtigheïd der School-vertrekkende gelegenheid om ver- fche lugt in te laaten, zoo wel, ais van het noodzaakelyk onderwys, en de manier om lchool te houden gezegd hebbemoet ook op deze Schooien worden toegepast, inzonderheid het eerfte, raakende de ruim te en verdere gefchiktheid van het fchool- vertrek't geen elk onder zulk een groot aantal van kinderen, dat men daar heeft, weke juist altoos niet van de netfle en zindelykfte Ouders zynvoor Meefter en Kinderenten hoogften noodzaakelyk zal oordeelen. fond- 2. Wat de Onderwyzers van die Schoo ien betreft, daartoe moeten zonder gunst- bewyzing, of acht te geven op de voor- fpraak van dezen of geenende bekwaam/Ie die zich aanbiedt verkoren, of zelfs, daar toe op- en aangezogt wordenmoetende de bezolding voor zulk een zwaar en moei- jclyk werk ter meerdere aanmoediging van bekwaame mannenvan wegen het publicq of uit de byzondere daartoe gemaakte

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 254