DER SCHOÖLEN. 129 4i- Maar behalven de genoemde Weten- fchappen is 'er nog ietswaarin Jongelin gen in fommige Nederduitfche Schooien, inzonderheid in zulke Kunst- Schooienop- zettelyk behoorden geöeffend te worden, en dat men,helaas! te zeer verzuimt,daar het zoo aanmerkelyk tot nut en voordeel van het Vaderland zou kunnen dienen. Ik bedoel de behandeling van de Aard- en Hemel - Globebenevens eenige beg in fels van de Stemkunde. Ik fpreek niet van de groote nuttigheid van deze verhevene Wetenfchapvoor een iederter verheerlykinge van zynen groo- ten Schepper. Ik zwyge van het aange naam genoegen 't welke dezelve vooral opleevert, van de vooröordeelen welke zy wegneemt, van 't vermaak dat de zelve by nagten zelfs aan den Zeeman geeft, wanneer hy op den.wyden Oceaan niet dan den hemel en 't water zien kan maar dit wilde ik, dat wierd opgemerkt, hoe dienflig de beöeffening van die weten fehap inzonderheid voor Zeelieden zyn zouen dus hoe voordeelig voor ons Va derland dat voor de Scheepvaart boven veele andere landen zoo wel gelegen is rui. deel. I en

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 271