DER SCHOOLEN. 137 dezelve maar zeer kleine of fcherpe hoe ken, by voorbeeld, van ruim 3 of 4 graa- den maaken, moet daaruit voort fpruiten, dat 'er geduurig taaningen of Eclipfen van die wagters op onzen Aardkloot gezien worden, zoo datze in deJchadim van 'Ju piter geraaken, en daaruit na eenigen tyd weder te voorfchyn komen, of ook, dat men dezelve, als een zwart vlekje, over den fchyf van Jupiter ziet heenen loopen. Het begin van deze taaninge zoo wel als de uitgang van die Maanen uit de Hoofd planeet, zyn met eene groote nauwkeu righeid reeds eenige jaarenvoor dat ze voorvallen, op de lengte van Parys bere kend en van dag tot dag aangeteekend in het zo even genoemde Werk la Connois- fance des temps. Endaar 't hier op aan komtdit zyn juist verfchynfelswelke altoosoveral op den Aardbolwaar die Planeet zigtbaar isop één en het zelfde tydftip gezien wordenwaar uit derhal- ven by eene nauwkeurige waarneeming, wanneer die op Zee moogelyk is, door middel van het verfchil van 't meerder of minder verloop van den dag, ter plaatze waar men zich bevindt, en de waarnee ming doet, ook het verfchil van de lengte tusfchen die plaats en Parys zeer eenvou- I 5 dig

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 279