DER S C H O O L E N. 149 iters of den Opziender van zulk een huis, noopens hun gedrag, en gefchiktheid tot leiding en ondenvys der Jeugdmet by- voeging voor welk foort van School zy waren bevoegd gekeurden in welke by- zonderheden zy bekwaam geoordeeld wer den een goed en geregeld onderwys te geven. Terwyl aan geene anderen, dan die waarlyk bekwaamen tot onderwys voor de Jeugd gefchikt waren, zulke ge- tuigfchriften behoorden verleend te wor den; Daar de overigen, die men bevond, dat geene genoegzaame gefchiktheid of vermogens hadden, moeiten opgewekt en aangefpoord worden, om zich liever tot een ander beroep of levensltand in de waereld te begeven. Maar dewyl zulke huizen of geltichten vooreerst nog niet te voorzien zynim mers nog zoo fpoedig geen plaats kunnen vinden, zal ik eenige andere middelen voorllaan, om daar van inmiddels gebruik te maaken. En dat zyn eenvoudig deze navolgende 1. Niemand zal Schoolmeelter kunnen worden in Steden of Dorpendanna een behoorlyk Examenten overltaan van Schoolarchen en in den Godsdienst door K 3 den

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 291