DER SCHOOLEN. 3^3 die boekjes, als gefchenken, in de band, zo als de gedichtjes van den Heere van Alphende fabelen van Gellert: enz. (men zie vooral toe, dat men hen geene boekjes geeve, dan zulke, waarin de fpelling zuiver is.) Ook kan men zelve 25 J) eenige op- ftellen maaken van Bybelfche of andere ge- fchiedenisfen, vooral uit de Euangelien, en de gelykenisfen van den Heiland: hieruit kunnen zy niet alleen leeren ieezen maar ook door de gemeenzaame verklaaringen der Meefteren kunnen onder de hand hun ne zeden befchaafd wordendeeze is ook de gefchiktfte wys om hen de eerfte be- ginfelen van den Christelyken Godsdienst met oordeel inteboezeinenIsraels groo- te Propheet toch keurde de wys van leeren door gelykenisfen de meest gepaste; van hier dat alle zyne Godlyke lesfen met gelykenisfen doorwceven zyn. Maar zal men dan die jonge kinderen het Gebed des Heeren, het Geloof, de Wet, denHeidel- bergfchen Catechismus en diergelyke, niet meerlaaten fpellen en leezen, gelykdithet loflyk gebruik geweest is van onze Voor vaderen 't welk ook nog veelal ftand grypt? Ja! zeker! men behoeft deeze niet ge- 25Hiervan wordt hier achter op bladz. 386. ïïader gefproken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 505