LI» terliniën is gefield, eene ongelijk grootere cirkel boog moet maken, eer het door den wind is ge wend, of zelfs voor den wind moet wenden, dan de cirkelboog is van een Schip, dat uit meêrge- bogen Liniën is gelteld, het geen eene kleinere boog maakt, en dus korter kan wenden, dan hec eerstgemelde, met flaauwer boogen. Nochtans zijn 'er verfchillende begrippen, on der de Scheepsbouwmeesters, ten aanzien van de juiste gefteldheid van het deel der Schependat door de genoemde oorzaaken in het water worde ingedrukt, en het Levended wordt genaamd, in welkers welgefteldheid zoo wel de lading als de vaardigheid zoo veel belang heeft. Derhalven heeft het Zeeuwfche Genootfchap befloten, met belofte van eene gouden Medaille aan den besten fchrijver voor rekeninge van het Bataviafche Genootfchap, optegeven ter beant- woordingevoor den i van louwmaand 1783,. deze tweeledige Vraage: Vooreerst: Hoe groot moet de Cirkelboog zijn Van het voorfchipof de zoogenaamde Boegindien dezelve zal gefchikt zijn, om het water zacht te klieven, tot bevordering vaneenen vaardigen voort- - gang, en teffens beftand te wezen, om het te diep inzinken der zwaarte van Schip en lading, door de drukkende kracht der bijltaande zeilen, voorte- komen? Ten tweedenHoe groot moet de boog van het geheele Scheeps -lichaam zijn, op de Lijn van het neêrgeladen Schip, ter bevorderinge van hetfpoe- dig wendenzoo wel voor den wind als door den wind? De antwoorden op alle deze gemelde Vraagen 3 en

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 55