AANHANGSEL» 479 geen nood» De genie daar toe onder de, jeugd is minder dan men denken zoumen heeft doorgaands werk, op wel ingerigte Arm-fcholen een genoegzaam getal jongens fuccesfivelyktot de benodigde ondermee- fters in dezelve, aan te kweeken: ver de minftewat zegge ik flegts zeer weinige hebben 'er bekwaamheid toeen nog min der lustom zig op alle de takken daar toe nodiggenoegzaam toe te leggenook haat het evengenoemde ook hier tegen in den weg. Zulke kinderen zoudenzoo lang hunne leerjaren duurden, weinig of niets in de huisgezinnen hunner behoeftige ou ders kunnen inbrengen. Deze aange voerde tegenbedenkingen gaan derhalven van alle kanten manken zoo ze bondig waren endoorgingen, zouden ze te veel bewyzen, want, als de meerdere befcha- ving in de Scholen te weeg bragt, dat zul ke kinderen getrokken wierden uit een werkenden kring,en de Maatlchappye aan elk derzelve een werkend lid minder zou hebben dan moest men de befchaving ook op andere Burger-fcholen veel eer be teugelen dan bevorderen. Nog zegt de Schryver der Verhandeling dat deze anders heilzame inripingen 3, C namelyk der Arni-ieholen) tot nadeel 55 y £li%

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 619