Stad had opgerichc, te verbryzelen. Wy konnen aan zyn bewind, en het tot hier toe verhaalde, niet denken, dan met de diepfteerkentenis aan hec hooge Opperwezen, die, niec tegengaande allen tegenftand, hec licht der hervorming deeds meer en meer deed doorbreeken, en onze Voorvaderen met zulk een heldenmoed bezielde, om alles voor de Vryheid op te zetten, hun door een verborgen hand daar in onderiteunde, iterkte, en den wegeer verkryging baande. Die zag men daidelyk onder den Opvolger van den Hertog van Alva, Don Louis de Requefenswiens eerde werk was, Middel burg, 'tgeen door 's Princen volk belegerd was, te ontzeaen doch waar in by niet Haagdewant die Stad werd door den honger als andersgedwon gen zich den February van 't jaar 1574 aan den Prince over te gecven, waar door dan ook dit ge- heele Eiland aan zyne zyde kwam. Men zag die in het beleg van Leiden, dat door den Spanjaard ftreng belegerd door de Krygslieden en Burgers dapper verdedigden door den fellten honger by- na tot de overgaave gedwongen, door de man moedige en Vaderland en Vryheid ademende taai van den Burgemee lier van der VVerf noch behouden, eindelyk onder het beleid van den Prince van Q- ranje, met hulp der dappere Vlisfingers en meest door gods wonderen werkende Voorzienigheid op den 3 October van dat zelve jaar 1574 ontzet werd. Zulke heldendaaden deeden de Spanjaarden be- grvpen met welk een Volk zy te doen hadden en vreezen, dat zy met geweld van Wapenen die niet onderbrengen zouden en van hunne Vryheid doen afzien; hierom wendden zy hec op een anderen boeg,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 61