L XXI log gebiedt? Het duurde geen zes jaaren, of de Staat raakte in een Oorlog, die Nederlands onder gang fcheen te zullen na zich deepen. Die zelve Koning van Engeland vereenigde zich met den machtigen Koning van Vrankryk, Lodewyk den XIV, met den Keurvorst van Keulen en den Bis- fchop van Munder tot ons verderf; hy zoude ons ter zee, de andere te lande den Oorlog aandoen; zy zouden ons als een buit onder hen deelen; en die trotfche taalNeerland moet verdelgd wor den, was de Wapenkreet in 't Parlement van En geland. Onze Zeemacht was weldoor de zorg der Staaten onder 't beleid van de broeders Jan en Cornelis de Wit, in een ontzachlyken Haat, maar voor de landmacht en de grenzenwas zoo wel niet gezorgd; men mistrouwde Vrankryk niet zoo zeer, en dit was de rede, dat die ons te lande zoo gemaklyk begon op te Hokken, dat men niets an ders fcheen te wachten te hebben, dan dat hy ons, in dat altoos gedenkwaardig jaar 1672, ge heel zoude hebben opgegeetenen wy ten prooi- je van onze vyanden geworden zyn; de Steden en lterkten vielen hem als rype vygen in de hand; hy bemachtigde in korten tyd de Provinciën van Gelderland, Utrecht en Overysfel, eenige Steden en Dorpen in Holland; maar de heere Helde hem paal en perk de moed was ontzonken, maar hy herleefde, na dat, niet zonder gewel dige inwendige beroertendie beide de genoem de broeders de Wit jammerlyk het leven kostten, Willem de III. Prins van Oranje tot Stadhouder verkooren was, die liever verkoos in den laadden gracht, die Nederland befchermen kon, te iler- #-** vel3s I

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 73