22. Men heeft uit d.e te vooren door my opgegeevene herllellingen van den Ont- leeden Schouder geziendat alfchoon de Arm ai eenigen tyd Ontwrigt ge weest is, men echter niet moet wan- hoopen van te zullen flaagen; dat is te zeggen, indien 'er geene andere oj#> handigheden dan de enkele Ontwrig ting tegenwoordig zyn. Ik heb in de 18 gewag gemaakt van de herftelling eenes Ö'ndeedert Schouders van zes weeken. Petit ver haalt (s) na eene Ontwrigting van het opperarmbeen, welke 6 maanden oud wasen die door hem herfteid werd: dit geval is daarom te meer te verwon deren omdat de ondervinding leert, dat eene holligheid, waar uit een been geweeken is, vry fpoedig door vernau wing eene veranderde gedaante aan neemt, waardoor alleen de herftelling moeilyk zoude konnen zyn, en dikwils geheel en ai ondoenlyk, Thomfon verhaalt echter dat hy Ontwrigte Schouders herfteld heeft, F 2 wel ONTWRIGTEN SCHOUDER: ts) Pel it ziekten der Beenderentweede druk i?5i. eer lie deel pag. 126,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 219