2ÓO J. G. VAN WY OVER EEN
namelyk ter plaatfe van de nervus infra-
orbit altsen zig dan van daar verder
laaten gevoelen.: Althans in foortge-
lyk geval, heb ik het genoegen gehad
te flaagen.
Den 28 Augustus 1780 wierd ik om
raad gevraagd by een Jlotemaaker
over eene plaatfelyke pyn, in het reg-
ter gedeelte van het aangezigtalwaar
de nervus injraorbitalis door het onder-
oogkuilfche gat naar buiten komtzig
verder door een aanmerkelyk gedeelte
van hetzelve uitllrekkendemaar al-
tyd by wyze van lleekendelchieten-
d.e en brandende pyn op eerstgemei-
de plaats beginnende, waarna dezelve
7Ag verder uitbreidde. Deeze ondraag-
lyke pynen duurden niet zeer lang,
maar kwamen ongeveer alle uuren
ook fomtyds alle kwartieruuren wee-
derom, zoodanig, dat de lyder bui
ten ftaat was zyn beroep te kunnen
waarneemen. Hy had in deeze elen-
digc omftandigheid reeds vier jaaren
doorgebragt, en zeer veele hulpmid
delen, zoo in- als uitwendige, vrugte-
loos beproefd.
De