dat, overtuigd is dat het leeven van de Vrucht niet onmiddelyk van dat van de moeder afhangt, zal zo men ftaan» de derzelver leeven, door deeze over-? tuiging, niet reeds minder van deeze uitfnyding wordt afgefchrikt, dan in dien men begreep dat de vrucht met haar zieltoogende en reddelooze moe der gemeenfchaplyk leevendeook reeds zieltoogende of waarfchynlyk reeds geftorven wasdeeze uitfny ding, ten minften na 's moeders dood, nooit verzuimd worden: 'er zyn ook met de daad meenigvuldige bewvzen voor handen dat 'er dan nog leeven- dige vruchten zyn afgehaald (m)zo dat het waarlyk te bewonderen is dat deeze bewerking dikwyls zo fchande- lyk vergeeten wordt; verfcheide fchep- felsnu begravenzagen dan het licht, en de Heer bordenave heeft de menfchelyke maatfchappy byzon- der aan zig verpligt door haar een verzameling van waarneemingen mee- de BERUCHTE PROEFNEEMING. 399 Cm) Zie bebalven de waarneemingen, die heis ter. Inft. Chirurg. T. II. p. 708, en haller, Elein, Phvf. T. VIII. p. 180. Not. ad Vrael. Boerkavit T. V. Part. 11. p. 255, verzameld hebben d, vast des. sterUe, over de Keizerlyke tneê, en fabr. kiumnus, EpÊst. ad Dom&ivm-} oper. p, 523 524.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 539