4l4 A. VAN SOLINGEN OVER EENE
villeufe draden loopen 'er van af, en
breiden zig in een celluleus weeffel
uit (v).
A- Deeze Tunica wordt dikker en
haar vereening vaster na mate dat zy
nader by de Placenta koomt (w).
E. Het bloed dat uit den Uterus
door deeze Cellulofa van de Placenta
loopt, en ook volgens den Heer coo
per, weer na den Uterus te rug gaat,
zonder de navelvaten aan te doen, (zo
dat de nageboorte uit twee ftelfels van
vaten zou beftaan (x)ftort zig altyd
in celletjes uit (y).
z. Wanneer men de Vafa Uterïna
opvult, zo ziet men verfcheide vaten
in deeze Decidüawelke het celluleus
weeffel van de Placenta uitmaakt, zo
dat zy zeer vasculeus isai welke vaten
verlengfels zyn, die uit de baarmoeder
voortkoomen (z).
zig
fv) Ibidem.'
(w) Ibid p. i(5.
Ox; Ibid, p 19.
(z) Ibid. p. 16 17. et hunter, L. C, Tab. IV»
ZZ, ut et Tab. X. Fig. 2. E.
h. Deeze Tunica Decidüafchoon
aan de baarmoeder vastgehegt, laat 'er
(V) Ibid. p. 20.