Wat den eerstgenoemden betreft:
Paulus de IV, een der trotfte en
heerschzugtigfte van Rome's Opper-
priesteren (naar het getuigenis der
Gefchiedfchry veren), was gansch niet
fpaarzaam in de uitdeeling dezer gunst- x
bewyzen. Daar hy een geflagen vy~
and was van Karei den Vvan zynen
broeder Ferdinand en van Philips, be
woog hy den Koning van Frankryk,
Hendrik den IIom de Italiaanfche
Staten van den Spaanfchen Koning,
op het onverwagst, aan te tasten. Hy
ontfloeg hem van zynen Eed, by het,
beftand van Vaucelles gedaan, waar
tegen het hervatten der wapenen aan
liep, als mede van de Wet der Vol
keren die eene voorafgaande Oor
logsverklaring wil gedaan hebben (n)J
Zelfs ondernam hy in zyn Confillorie
eene Regtspleging tegen Philips, en
fprak zelf het vonnis uit, waar by den
Koning de Oppermagt over het Ko-
ningryk vanNapels ontnomen werd(o).
Philips wierd dan, hoewel fdhoor-
voetende, genoodzaakt op zyne ver
dediging bedagt te zyn. In het eerst
ix. deel. F f was
DEN EED VAN KONING PHILIPS. 449
(n) Wat [on Leven van Philips den II, I. D. bi. 51,
(o) Ibiuem bl. 53, 57.