Het ampt van Awas te Smyr*
na zeer bekend en beroemdgelyk
blykt uit eenige Opfchriften (u) en
Penningen (v). Of, en in hoe verre,
eenige Steden haare byzondere Jljiar-
chen hadden, en wat hun post mede-
bragt, is door veele geleerden naauw-
keu-
SMYRNASCHE PENNINGEN, 495
VIÜS (q), OLEARIUS (r), CORSINUS (s),
en anderen. Het is voorlang aange
merkt, dat deze benaaming, in die
meeste Penningen en Opfchriften
zeer verkeerdelyk opgevat worde van
een' Veldheer of Krysoverftendaar
zy, zonder twyfel, tot het burgerlyke
bellier van Smyrna behoort (t)ten zy
'er eenige woorden gelyk fomtyds
gefchiedt, bygevoegd worden, die
den zin van het woord SrfaDjyo? nader
bepalen, en tot het krygskundige be-
trekkelyk maken.
Tai Msmorta Cosfoniana pag, 1.45. XX, pag. 146.
XXlI, pag. 148. XXXVI.
(r) hi not. ad FHILOSTRATUM pag. J2Ó J30 3
608, 609, Ó14.
(s) In Disferrat. adiunciis Notanm Graecarum soUs*
dionipag. CXXVIÏ, CXXVIII.
(t; VAN DALE pag. 408—418. COKS1NUS t.
PELLERIN pag. 82, 83. WISE L C. pag. 201.
(li) VAN DALE pag. 279, 39?. GRONOVIUS in
Mem, Cosfoniana pag. 149. XXXVIII.
(v) PELLERIN pag, 85. K.