my tot genoegen ft rekken zal. Men merke vooraf aan, dat 'er geen gronds genoeg zy, om, met den geleerden prideaux (q), alles op de Smyrna- fche Pry ternes toetepasfen, wat men van de Prytanes in andere fteden, by voorbeeld, Athenen, by verfcheiden fchryvers aangeteekend vindt; gelyk anderen (r) reeds opgemerkt hebben. De Prytanes werden te Smyrna naar alle waarfchynlykheidin plech tige en hier toe beleide vergaderingen door den Raad verkoren; gelyk uit ARISTIDES, in de aangehaalde plaats, kan opgemaakt worden (s)die ook, zelf op zulk eene wyze tot deze waar digheid aangefteld is, na dat hy te vo ren het ampt van (f)v?,z£ ryg siywyg v die elders (t) Irenarcha genoemd wordt, bekleed hadt. Hoe veelen te gelyk met den eer- li 3 post SMYRNASCHE PENNINGEN. 501 Cq) Ad May mor a Oxontenfia pag. 106. Cr) corsinus l. c. pag. CXXlX. Cs) S. JEBB apud CORSINUM l. C. pag. CXXVIII. (t) VALESIUS in not. ad EUSEBIUM l:b. IV Hf/?, Ere/, cap. 15, pag. Ó3, et GOTHOFREDUS ad L 6 Cod. Tbeod, de patrocrniïs vicorumpag. 1S8, praejerfmt ad le gem wiiiam Cod. Theod. do Hirenanbispag, 64Ö—ÓqS iom. IV eau. kitteriartae.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 645