JOODEN TE COCHIM. 5S7 om dat zij bij den Koning altoos zijn befchouwd, als eenigzins ondergefchikt atn de blanke Jooden, Gelijk men ook tot noch toe ziet, dat zij zich op eene zeer geringe wijze geneerenen dat yeelen van hun, in de Buizen en Tui- nen der blanke Joodenvoor beloonin gen, dienen, hnisfelijke beftellingen en boodfchappen doenen met een woord in deezen tijd, ten eenemaaj van de blanke jooden zoo zeer onder- fcheiden zijn, dat zij zelfs (als 13 reeds is gemeld) in hunne afzonderlijke Synagogen hunnen Godsdienst oeffe* nen; en zelfs nietdan op eene be- fcbropmde wijze in de Synagoge der blanken koomen; wordende ook door de blanken met onverfchilligheid en veracntinge behandeld, tegen welke de zwarten, als grooter in aantal zijnde, zich meer dan eens vergreepen hebben zelfs met oeffeninge van geweldwaar tegen de Vorden des Lands d ebianken, door hun gezag, hebben gehandhaafd, 91- Onder de geweldenarijen der Portu- geezen tegen de jooden 14. genoemd M n 4 bl.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1782 | | pagina 713