OVER DE NAJMRS-KOORTSEN. 113 langst opgehouden. Ik beken, dat 'er in opzicht van deeze eenige zyn, die aan veele zwarigheedenmoeite en kosten zyn onderworpen: dan veele en verfcheidene zyn makkelyk naar te koomen en wat de andere aangaat, wat is 'er, dat geen zwaarigheid ont moet of dat zonder kosten en moei te kan gedaan worden, althans in zaa- ken van gewigt, en wat is 'er ge- wigtiger, dan de gezondheid en het le ven van zo veele menfchen Zo men dan zich der moeite en kosten ge troosten wil, zullen de meeste, zo niet alle opgenoemde behoedmiddelen kunnen worden in het werk geheld; en ik twyffel 'er geen oogenblik aan, of, als dat gefchiedtmen zoude daar van de gewenschte en gelukkige ge volgen haast ontwaar worden, en zich verheugen ten nutte van het menfch- dom in 't gemeen, en de Militairen in 't byzonder, kragtig te hebben medege- werkt. En zo hiertoe de Souverein, de Regeeringen der Garnizoenplaat- fen, en de Heeren Officieren geliefden ieder in het zyne het noodige toe te brengen, en de handen in een te flaan, zoude men het bedoelde einde kunnen x msi:, ïd be-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 145