OVER DE NAJAARS-KOORTSEN. 125 braakingen fchielyk haar kragt verlie zen; zo dat de lyders, die oogenblik- kelyk te vooren alles fcheenen te zul len uitbraakenen niets voortbragten, en als meenden van de weereld te fcheiden, nu zich in eenen gerusten ftaat bevinden. Voor eenen gewoonen en dagelyk- fchen drank heb ik altoos best bevon den gerftewatermet wat citroen-, of limoenfapof rhynfchen wynen is het een en ander wat te duur voor den fol- daat, dan laat ik 'er hun wat azyn on dermengen; en ook wat fuiker, daar van mogen zy geduurig drinken. Na deeze voorgellelde middelen, op zyn tyd en pas de zieken eenige tyd toe gediend te hebben, en van hun ge bruikt zynde, zonder zich in iets an ders misgreepen te hebben, zo ziet men veeltyds, dat de koortfen ver- mind'eren of ophouden. Als nu de koor tien wel verminderen, maar niet geheel willen agterblyven, en telkens wederkoomen; zo zal men best doen van tydig zyn toevlugt te neemen tot de cortex peruvianusv/ant hier door yerdwynen de koortfen, enderlyde- ren

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 157