154 harger antwoord ziekenzo als blykt aan het jaar 1738, 't welk met 1735 en 1737 (volgens het tafeltje) in warmte overeenkomt, doch overtreft in veelheid van regen en minder zie ken. En integendeel, hoe min der regen de warmte gelyk ge field zvnde, hoe meerder zieken, zo als 1739. Welk najaar, niet- tegenftaande het koelder was dan 1738, echter meer zieken gaf; zynde de regen merkelyk min der, vooral in de maasid Octo ber, die naar evenredigheid van andere jaaren, veel ziekten voort- bragt. V. Groote warmte en weinig regen veroorzaakt veel zieken, zo ais 1741. Kleine warmteveel re gen, weinig zieken, zo als 17^8. VI. H oe meer ziekenhoe (brenger en zwaarder de verfchynfekn zyn, zo als 1736 en .1741. Hoe minder zieken, hoe gemaa- tigder en zagter verfchynfelen, zo als 1738 en 1740 (s). De ondervinding, van den Heere J. £3) L. STOKK.E 1. c. bh 77, 78 en 79.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 186