174 j- hakger antwoord jaars-koortfen, dan by de gemeene hef des Volks en Militairen in Staats-F laan- der en uitlevert? waarom men zich ook niet behoeft te verwonderen, dat dee- ze ziekte onder hen is doorgedron gen, en deeze en die heeft afgefneden, De waare oorzaaken afgehandeld hebbendezullen wy de waare teeke nen, volgens 't gewoon beloop der Najaars-koortfen, ten beteren ve'rltan- de, als in een kort fommier famentrek- ken. Daar na zullen wy, onder verbetering, nog, ter opheldering van een en ander teeken of verfchyn- fel, en ten bewyze hoe dat deeze, dan weder geene edele ingewandeh, in de Najaars-koortfen minder of meerder worden aangedaan, uit de natuurlyke belediging der deelenzei ven voortvloeiende, eenigfints pogen op te klaaren. De waare teekenen worden aldus ondervonden: fommige menfchen kla gen eenige dagen te voren, over een gevoel van zwaarte in 't hoofdeene magt- of kragteloosheid, verminderden eetlust, oprispingen van bedorve win derige floffen als van Hinkende eijeren, leelykcn finaak in den mond, walging, op

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 206