242 J. HARGER ANTWOORD Mogt nu deeze door ondervinding beproefde regel, ook by de Militairen worden in acht genomenalhoewel dezelve zo een zwaar voedfel als een arbeider niet behoevenom zich ech ter naar gelang der omltandigheden, voor dat men zich aan de vroege mor genluchten blootftelde, behoorlyk te ontnugterenhet zy door fpyzen of opgenoemde voorbehoedende dran ken; dan vleije my, dat de nuttigheid hier van allerzigtbaarst zal doorilralen. Geen noestig Arbeider noch Land- man, moet ook zyn werk, van den vroegen morgen tot den laaten avond, zonder behoorlyk voedfels te gebrui ken, doorzetten. Noch ook door een dwazen yver vervoerd, elkander po gen voorby te werken. Zo dient ook de Militair te zorgen, om door geene buitengewoone wagten, togten, of eenig ander bedryf, zyn lig- haam het noodige voedfel te onthou den, noch door ydelen waan vervoerd, anderen den loef af te winnen. 'Er haan Rnt. Med. Tom1 pag. 153alwaar ter voor- beboeding der Mynwerkers0111 bevryd te zyn voor 't Co/yk de Poitou't morgenonbyt met een ftuk ge braden fpek wordt aangeraden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 274