OVER DE NAJAARS-KOORTSEN. 263 gewoon koorts-geweld, noch verval van kragten mede gepaard gaat, met de beledigende doden zo van boven als van onder, of door beide wegen te gelyk, buiten het lighaam te brengen, of zo wanneer 'er reeds eenige fchade- lyke doffen met de zelfïlandigheid van bloed en vogten verëenigd zyn, dat dan de gundige Natuur, dezelve of door zweet- of pis wegen of buiks-ont- lastingen buiten het lighaam voertde lyder dus van 't kwaad onthevenher- fteld; endoor een goeden levensregel tot vorige gezondheid gebragt word. Doch de minde menfchen overkomt dit voorregt, maar moeten de Genees- konst te hulp roepen. Een Geneesheer dan, zo hy in de Najaars-koortfen gelukkig zal dagen, zal drie genezingswyzen dienen in acht te nemen. Als: I. De beledigende rot- en galagti- ge doffen te verbeteren, of de zelve uit de maag en darmen te ontlasten. II. Den voortgang der gemelde dof fen te beletten en tegen te gaan. Hl. De kragten der Lyderen te on derdennen. R 4 Dc

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 295