OVER DE SCHEPEN ENZ. $35 fpoedig herfteld wordtdit alles ont breekt op een kuil-fchip. In zulk een bangen nood, heeft men op een drie-dekker, veeltyds h,et ge noegen, dat 'er geen manfchap, door het overftortende zeewater, buiten boord wordt geflagendoor dien het water zo ras niet op het dek komt, of het ftroomt 'er terftond weder af: ook worden de levendige varkens op een drie-dekker, aan het over boord fpoe- len, zo niet bloot gefteld, door dien zy op het bovenfte dek, agter de fok- ke-mast, voor dergelyke rampen, in een hok befchermd worden. En de- wyl een drie-dekker, met de onftuimi- ge en verbolge zeebaaren, zo gewel dig niet te kampen heeft, zo is de Kok meestentyds in 't vermoogpn, om naar fcheeps-gebruik op te disfchen. Daar en tegen op een kuil-fchip s legt alles bedolven onder de overftor- tende zeeën en plasregens; de kuil ftaat dikwerf geheel en al onder wa ter; 'er is geen andere gemeenfchap, van de buiten- met de binnen-lucht, dan door voorgemelden tregter, zo dat men ras kan opmaken, hoe bedor ven en befmet de lucht tusfchen-deks

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 367