33$ J. HARGER ANTWOORD
ren van Zeemans en Compagnies goe
deren, verre te fchatten zyn boven
de kuil-fchepen? het geen juist hier te
betoogen was (b).
TWEEDE GEDEELTE.
Be onderhouding der Manfchapzo
aan land en op de reêde als in zeeten
aanzien eener goede huisvest Ingeklee-
dingefpys en drank.
I. Wat de onderhouding of verzor
ging der Manfchap (waar door eigen-
lyk Matroozen, Soldaten, Ambagtsge-
zellen en mindere Dek-officieren, als
Quartiermeesters enz. verfta,) aan land
aanbelangt. Deeze woorden zin-
fpelen myns bedunkensvooral op
die Manfchap, welke gewoonlyk by
de
(b) Deeze Verhandeling was genoegfaam gereed,
toen my het 7de deelvan 't Vlhjings Geuootfchap
voorkwamdaar zag' ik met genoegendat het geen
ikdoor tyd en ondervinding geleerd hadniet veel
virfchildevan 't geene door de Heeren e. lombart
en w. udemams en in de alles voldoende By/agen
van den Heer Mr. d. radermacher, den G. L.
wierdt medcgedecelddaar men tevens overtuigd kan
worden, wegens andere voortreffelyke nuttigheden,
Welke 'er op zeein de heöeffening van de drie-dek
kers boven de kuil-fchepen is ondervonden,