34<S J. HARGER ANTWOORD vertrek wierdt nagezienwelk onder zoekzo ras de goederen aan boori kwamen, onder opzigt van den Ge zaghebber, nog eens diende verrig te wordenom alle bedriegeryën voo te komen. IV. Deeze Volkhoudersmoete' dagelyks, geen gerookt of gepekeli fpek of vleesch dat zeer vet, garfti en aan het bederven isnoch vleesci van vee aan de befmettende ziekte ge ftorven, de Manfchap voorzetten. - Noch de toefpyzen, als gort, grutten kool, erwten, boonen, knolien, peen aard- of boomappelen, met de losge maakte en afgefchepte vetdeelen be dropen, en klaar gemaakt, opdis fchen. Noch ook bedorve zee- ei flappe riviervisch, veel minder die me fferke en garftige boter, of in oly ge bakken is, toedienen. Spek, ge rookte worst, fprot, engelfche o noordfche bokkingmet gegist of on gegist meel of eijeren gebakkenal mede boterhammen met rotte kaas gedroogde zoute fchollen en fcharren voor middag- of avondmaalen, te vee herhaald, zyn af te keuren. We is waar, men behoeft deeze Manfchaj UK

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 378