'$Q0 J. HARGER ANTWOORD op order der Officieren, visch legd, deeze gewoonte om visch leggen, is vry algemeeiier in I landsch-Indiendan hier in't V land; maar my is geen mondko; kend, eene buitengewoone i vangst uitgezonderdwaar van hi leggen op zee te pas komt E zo het eens op zee voorviel, moet de visch fchoon gemaaki mooten gefneeden, met kiapp< olyven-oly gebakken worden geworden, legt men dezelve ii pot, waar by een klein chalotje j entje, fpaaanfche- of andere-p een klauwtje foelie, wat atjar boes enz., en vervolgens azy: daanen tot het gebruik b wordt Dan zo men door gen, ook inzouten van vleesch o aan land mogt bedoelen, en onder den eerften rang der Monc ■binnen boord geteld mogen wo zal my geerne verledigen, om d te wyze aan de hand te geeven. De Noorhollanders behandele peekelvleesch aldus: "het vlees 9, Hukken gehakt, wordt in een Of kuip, 5 g 6 dagqn, lugtig n

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 422