400 J. HAKGER ANTWOORD in den hoek van de fleeven door de blaasbalg en knien van 'i joen doorgaat; dan, deeze pomp nog tot een ander en nuttig einde nen dienenals men voor in de van het Schip, op deeze loode een fpruit met een wel voorziene pere kraan maakte, welke kraan een hokje met een goed grendel waar van de fleutel by den Cap berustte, kon bezorgd worden. inzigt, om wanneer men het bedi en hinkende kielwater, wilde ver teren, versch zeewater, door een kwame buis, door de volling-ga van het hoogfte gedeelte des Sch dewyl het altoos ftuurlastig legt, i de agterpompen te iaatcn broom het welk dienlliger keure dan kraan, tot dit oogmerk naast de ag heven van 't Schip te plaatfen, de het water daar altoos tegen de hoe moet opklimmen, en 'er een gro( hoeveelheid waters dient ingelaat zal het eenige zuivering, in het vc fte gedeelte des Schips, aanbrenge Nu met een woord iets, om op beste wyze, de Mondkost aan lan< bereiden: geerne belyde, hier eer d

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 432