442 J. HARGER ANTWOOKD op een kuil-fchipgeene beetere plaats, dan de gemelde? hier zullen wy met eenige bepaaling op antwoor den als de zieken weinig zynen men in een gemaatigde warme lucht- ilreek verkeert, zou men de zieken onder het half-dek kunnen plaatfen, daar zal men de lucht, in een geftadi- ge beweeging, en zuiverer dan tus- ïchen-dekskunnen houdendoor het meerder daglicht, kunnen de zie ken beeter gereinigd, de gezonden meer voor befmetting behoed, en tüsfchen-deksgrooter ruimte ver zorgd worden. Maar zo het getal der zieken, tot 40, 50 en 60 klimt, dat niet zelden is, dan wordt deeze plaats te klein, dan moet men, hoe ongaarne ook, wee der zyn toevlugt, tot het tusfchen- deks neemen. Daar en boven, onder het half-dek, vindt men dikwerf veele hinderpaalen. Als verbeelden wy ons eens, te leggen op de reêde, in een koud, nat en onhuimig jaargety, men krygt een aantal van zieken, zo 'er geen mogelykheid is, om dezelve in een Hospitaal of Gasthuis te brengen, pf op een Hospitaal-fchip te doen over-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 476