OVER DE SCHEPEN ENZ. 443 overgaan, (zo als een pryswaardig be- fluit genomen is, door de O. I. Maat- fchappyzodanig een Schip in Texel te plaatfen (s)), dan moet men dezel ve aan boord houden (t). Door de indringende natte en koude luchtsge- fleldheid, en fnerpende zeewinden, worden de zieken aldaar, ten hoog- ften benadeeld; de ongevoelige door- waafeming gehinderd, de edele inge wanden aangedaanen niet zelden in gevaar gebragt, om omtekoomen. Wordt de wind gunflig, men fpoed zich, om in zee te komen, haalt de ankers t'huis, maar dit kan niet gefchie- den, zonder hulp van 't fpilmaar nu, dit fpil kan men niet gebruiken, of de zieken moeten van onder 't half-dek, naar 't tusfchen-deks gebragt worden het (s) b. hussem 1. c. 17 deel, bl. 180. (t) Op de rêede van Bataviaheeft men de lolly- ke gewoontedat 'er tweemaal des weekseen Visi tator met een floepop de reêde komten alle de O. I. C. Schepen aandoet, en door den Quartier- raeester laat roepen, hebt gy geen zieken aan boord zo neenhy vaart voorbyzo jahy legt aankomt overneemt de naamen der zülken opvervolgens laat men een fjouw of zeeker teeken waaijenten dienfte der ziekenfchuitwelke nog dien zelfden dag buitenkomt, de zieken van deeze fyndoende Sche pen afhaalt 3 en naar het Hospitaal vervoert.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 477