488 J. HARGER ANTWOORD
waak en. Wie ziet niet, het moeilyke
en onaangenaamehier in opgeüoo-
tenen de gevolgen van dienwant
het Volk van het eene quartier, is
naauwlyksin het aangenaamfte en
verkwiklykfte van den flaap gekoo-
menof zy moeten uit de kooi, en
zich wederom aan de ruuwe en guure
luchtsgefteldheid blootftellen; zy heb
ben geen vermoogen, als hun kleede
ren nat geworden zyn, dezelve te droo-
gen, of andere aan te trekken; heb
ben de lighaamen, door eene of ander
oorzaak, veel geleeden, zyn dezelve
vermoeid en afgcflooft, 'er is byna
geene gelegenheid, om door den zo
noodigen ftaap, verkwikt, uitgerust
en herfteld te worden. Hierom oor-
deele, dat 'er geen nuttiger en voor-
behoedender wyze, voor den Zee
man, kan worden uitgedacht, dan de
zelve in 3 wachten te verdeel en, als in
een Princen-Graaf Maurits- en Ad
miraals quartier; als dan het Princen
quartier,de eerfte wacht heeft, die zal
danvolgens myn planduuren tot 4
uuren, in den aanftaanden morgen-
fcond; dan begint het Graaf Maurits
quartier, en waakt tot de 8 glaazen, in
de
A
I