5I£ grootte, het agterfte gedeelte van de Heus vervullen, en het velum pendulum of neederhangend verhemelte druk ken, (q) en (r). Polypi gutturalen. De keel wordt door hun zeer gevoelig aangedaan, al zo zy dikwils door hunne grootte, uit de neus in den oefopbagus of flokdarm nederzakken, of ook hunnen oor- fpronguit het bovenfte gedeelte van den flokdarm neemende, de inzwel- ging beletten, en door den lyder, als met geweld worden naar beneden gedreeven, 't geen niet dan zonder de uiterfte fmert gefchieden kan, dewyl de polypusdoor zyne beginneeming wordt tegen gehouden. Nog kan men hier byvoegen, dat zy de ademhaling, in diervoegen dik wils in een oogenblik des tyds belet ten, dat de lyder in gevaar is, van te verflikkenen zodra dit wederom op houdt, brengen zy door geduurige aanbotfing op het epiglottis en larynx een foort van hoest te weeg, welke voor den polypus. (q) Zie hier van een fraaye afbeelding by nicoj,. tulp, Obferv. Medic, lib. I, Obferv. 36peg. 48, (r) De Vermaarde ruysch heeft dezelve mede 'in het Antrum Iligmori gevonden, zie vol. I, Obferv. 77.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 545