p S. DE WIND OVER eenvouwdig door het terug trekken, van het zilver ftilet (b) gefchiedt, als wanneer gemelde conductor loslaat; en men fchuift nogmaals de coraalen (door de vingeren geholpen) naar boo- ven, men windt het tandrat één a twee flagen omwaar door dat gedeelte van het koordtjehet geen om net ftiletje gezeeten heeftingewonden wordt, terwyl het gezwel, hier door, te vaster beklemd raakt. Dit verrigt hebbende, kan men het tandrat, meteen lint of draad aan het lyf of hemd vast maaken, dan wyl dit aan eenige moeilykheid of hinder- paaien, onderheevig is, vinde ik be ter, de dubbele koordt, tusfchen de laatfle 2 a 3 coraalen, met een touwtje of draad af te binden, of naar het ont winden van het tandrat, (op welken tyd men de handen ruim heeft) de bei de einden koordt, (van het tandrat ont- flaagen) op een ftukje hout nader toe te binden, (zie plaat 1. fig. 4.) (r), om dus het ftaale tandrat voor roest te bewraarenhet geen buiten twyffel zoude plaats hebben, indien men ?er het zelve aan liet, het welk dan ook tot

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 554