£22 S. DE WIND OVIR den Heer eevret, waarin men de bei de handen noodig hebbende, gevaar loopt, dat door 't affchieten van den zilveren draad of door 't ontglippen der vingerende polypus voor een ge deelte wordt afgerukt, waarop dik- wils bloedftorting kan volgen, of ten minfte de operatie ten deele mislukken kan. Voeg hier nog by, dat men door middel van dit tandrat, veel beeter in ftaac zy, by trappen, de toeknyping ter uitvoer te brengen, dan wanneer zulks in het donkereof in eene plaats welke ver van de hand gelnegen is, .(op eenmaal) gefchiedt. Dit wydloupiger voor af hebbende laaten gaan, als juist een der voorreg- ten van bovengemeld werktuig zyn- de, gaa ik thans over, tot het opgee- ven vgn vier gevallenwaarvan naa- melyk drie, in de baarmoeders mond en een in de neusplaats hadden, zyn- de het eerfte foort, in deeze landen, (in kwaadfappige geftellenwaar by de menfes buiten tyds ontbreeken,) menigvuldjger, dan men wel zou den ken, terwyl hetlaatfte, niet in verge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 556