óü8 g. kuipers over den Zoon niet, ten kosten des Va ders? Moeten wy dan niet zeggen: dat het geloof van izaak grooter v/as, dan dat van abraham? Gewis! Wie is grooter, de Vader, die zyn Zoon offert, na dat hy, door de bevinding, van byna eene eew, ge hoorzaamheid en vertrouwen heeft ge leerd, of de Zoon, die veel korter, ja in het geheel byna niet is geoefend, die geen blyken, van gods trouw, in merkwaardige leevens-omffandigheden heeft ondervonden, en zich echter vrywillig liet offeren Wie is meer der, de Vader, die, na zelve dat ge bod van zynen Schepper ontfangen te hebben, zynen Zoon den doodfteek geeven wilof de Zoondie zich kloek, aan gods gebod onderwerpt, fchoon hy 't flegts, door zynen Vader hoort, en dus alle twyffelingendie daar omtrent ontftaan moesten over wint? Wie is grooter, de Grys, die zyn Zoon offert, toen de jaaren, het fynfte zyner gevoeligheid, reeds hadden begonnen te llyten of de Zoon, die in het prille, van zyn lee- ven, toen de weereld, nog niets, dan fchoonheid en aangenaamheid, voor

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 670