OVER DE NAJAARS-KOORTSEN. 0 fmetten en aan te fteekenwat moet men denken als 'er zo veele zieken zyn in ééne kamer? Alle ziekten weer» men, zyn meer of min aantrekkelyk, vooral ziekten van dat foort of inflag. Tegen dit kwaad is niet genoegzaam, noch toereikende, de venlters, raamen en deuren open te zettengelyk ge- fchiedt: Want dit kan maar in warm weer gefchieden, en niet in koude, windrige en natte dagen, en kan ook niet des nachts gedaan worden. Ook gebeurt het niet zelden, dat die reme die erger word, dan het kwaad zelve: dewyl zy die te bed en ziek liggen, in zweet en uitwaasfemingendoor koude worden aangetastzo dat de zweetgaaten geflooten worden, en zy hand over hand verergeren. Welk een wonderlyk contrast levert ook op die vermenging onder één van zo veel volk, van zieken en gezonden; terwyi een gedeelte praaten, zingen, fluiten, fpeelen of vloeken, hoort men een ander gedeelte zugtenftenen en bidden. Wat hulpe en oppasfmg, welken byftand en vertroosting kun nen de elendige lyders hebbenhoe benaauwd moet het hun daar zyn, en nog

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1784 | | pagina 77