52 GARNIER MEMO IRE SUR LA
Dans la recherche que nous venons
de faire de l'effét réfultant d'une plus
grande convexité pour Involution par
vent devant, nous n'avons encor con-
fidérée que la moitié du bord qui y a le
plus de part, celle d'avant fous le
vent: mais a préfent fi nous confidé-
rons la 2de moitié du bord fous le
vent et le bord entier du vent (voyez
S. I. V. P. la figure 1) nous reconnai-
trons a l'mfpection feule, que ces deux
autres parties, bien loing d'afioiblir la
propriété que le batiment tire de la pre
mière (de celle d'avant fousle vent) de
pouvoir virer plus faciiement de bord,
.concoiirent au contraire a la renforcer.
En
3SSSSSSSSS&SSSS3SSSSSS!
In de nafpooring die wy nu gedaan hebbenwe
gens de werking, welke uit eene grootere uitgcbogeii-
heid voor de wendinge met tegenwind voortvloeit,
hebben wy nog flegts de helft van het boord be-
fchouwddat het meeste deel daar aan heeftnaa-
melyk dat van vooren onder den windmaar indien
•wy thans de 2de helft van 't boord onder de wind
en het geheele boord des winds (zie Fig. 1) be-
lchouwenzullen wy door het bloot gezicht gewaar
worden, dat deeze twee andere deelen, tvel verre
van de eigenfchap te verzwakkenwelke het fchip
uit het life (van dat van vooren onder den wind)
ontleent, van gemaklyker te kunnen wenden, in te
gendeel faamen werken om dezelve te verfterken. Iu