2s4 i- p. michell antwoord een antwoord heeft ingegeven, waar aan de gouden medaille is toegewe zen, en het welk daar na ook in 't licht, ten nutte van het algemeen, verfchenen is. Die kundige Artz betoogde daarin, dat de eenvoudigfte en algemeenfte oorzaak der ziekten in ons land, de belette uitwaasfeming was (z)dat de voor- en najaarsziek- ten, meestal van eenen Cat arr halen aart waren (a)en dat men het verband der ontflekings en zinkingachtige ziek ten, in de byzondere gelteldheid des dampkrings zoeken moest (b), terwyl- die Febres Catarrh al es naar de plaat- fen, waarop de ftof viel, naar de ver- fchillende dispojitie der lighamen, en naar de verfchillende complicatienver- fchilden (c). Hy heeft ook regelen opgegeven, om zich voor dezelve te behoeden (d)? en de geneeswyze kortelyk aange toond (e), terwyl hy de algemeene ge- (z) Tom. 18 bl. 515 ran de HolL Maatfch. (a) 47, bl. 121v 17oen de Corollaria bl. 355 vergeleken met 205 bl. 546. (b) CCXIV, en volg. bl. 562. (cj CCXVII, bl. 565. (d) 219, en volg. bi. 569. (e) 267, bl. 804, en volg.vergel. met §.273, en volg. bl. 818.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 188