XIX
de waardigheid van Hoogleeraar
in de Godgeleerdheid en Kerkelyke
Gefchicdeniste Leidenverkreegen
cn aanvaard hebbende, zag zichver-
pligr zyn onrflagte verzoeken van den
Post, van Eeriten Secretaris, vanher
Genootfchapaan het welke Hyvan
deszelfs eerlte oprigting af, in on-
derfcheidene betrekkingenveele
nuttige dienften hadr bewezen, waar
van, onder anderen, ten bewyze itrekr,
de beredeneerde Cataloguswelke
hy, rer dier geleegenheid overlag,
van de Medailles, Munten, Geiteen-
ren, en Penningen, den Genoot-
fchappevan tyd tor tydaangekoo-
nienlïeeren Directeuren verleen
den Hem dat verzogt ontllagook, op
de vereerendlte wys, enbelchonkcn
Hem, ten blyke, hunner goedkeu
ring en erkentenismet eene Goude
Medaille, op den itempel, van dit
Genootfchap gellaagenmet her By.
fchrift: joiue wilhelmo te water
9 0 2 pro*