OVER DE FEBRES CATARRHALES. 163 dezelfde biyft; fchoon het den fchran- deren Artz genoegfaam isdezelve uit hare eigene kenteekenen, in alle deze verfchillende wyzingen te onder kennen, om in de geneezing gelukkig te llagen"Quod magnae utilitatis in ar- te compendium'''' j welke juiste be knoptheid, volgens GAUBius (o), in de kunst van een onbegrypelyk nut is; zo is het echter zeker, dat de aart dier koortfen, door de complicatienaan- merkelyke veranderingen ondergaat, en dat de aanwyzing der geneezing in deze of. gene complicatienhe- melschbreedte verfchillen. En uit deze korte befchouwingen blykt het zonneklaar, waarom het Genootfchapvoornamelyk op dit ftuk, de aandacht des onderzoekers van dit vraagftuk, heeft trachten te vestigen. Het ontftekingachtige het roosachtigede flym en gal zyn het voornamelyk, welke wy in 't oog houden moetenimmers deze zyn de gewone complicatien der Febres Catar- rhales, welke wy in ons land waarne men. L 2 u De Co) Ivftit. Pathol* 63,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 237