XXXIII
menite! van het Staats-Recht,der zeven verëenigde
Nederlandfche Gewestenen een tydrekenkundig
bericht der Schryveren, over de Nederlandfche
Gefchiedenisfen en Oudheidin 't geheel geene
en op de Vraag, raakende de Verbetering der
Hooge Schooien, geene voldoende Antwoorden
ingekoomen zynde, is goedgevonden, uit aan-
merkinge van 't groot gewigt en de uitgebreide
nuttigheid van die drie voorfteliendezelve hier
wederom optegeevendoch zonder bepaaling van
tyden met belofte van den gouden eerpenning
aan den genen, die op het eene of andere eene
voldoende beantwoordinge, wanneer het ook we
zen zal, aan dit Genootfchap zuilen toegezonden
hebben. Zy zyn van deezen volgenden inhoud
A. Het Genootfchap in aanmerking neemende
dat, hoewel het Staats-Recht van dit Gemeene»
best lus Publicum Relgicumdoor veele voorna
me Mannen behandeld en in fommige Rukken
naauwkeuriglyk verklaard isj men echter tot dee
zen tyd toe gebrek hebbe aan* eene volledige en
welgelchikte handleidinge tot recht verftand van
die voortreffelyke en zoo nuttige Wetenfchap in
't gemeenen waar door de Nederlandfche jeugd
tot een geregeld en onderfcheiden denkbeeld van
het zelve zoude konnen opgeleid worden: noo-
digt de Geletterden uit tot het fchryven van een
volledig en beknopt [amen/iel van het Staats-
Recht der zeven Ver'eenigde Nederlandenmet
aamxyzinge der brontienwaaruit men nadere en
uitvoeriger kundigheden belangende de byzondere
punten van dit Recht haaien kan.
De fchryvers moeten zien, inhunopftel, niet
alleenlyk bepaalenby het Staats-Recht, 't geene de
zeven