bybelschen sorek-wyn. 295 van iets genomen wordt; terwyl wy 011s thans vergenoegen moeten, met in 't algemeen te zeggendat het te tellen is onder die woorden, welke een verfchillende betekenis hebben, overeenkomftig de verfchillende on derwerpen, by dewelke zy gevoegd worden. XI. Dog al eens toegeftemd, fchoon wy 'er niet van overreed zyn, dat de meermalen aangehaalde He- breeuwfche wóórden, zoo wel met betrekking tot de druiven en het vlas als tot de paarden, eene kleur moeten betekenenwat zal men dan nog met deze onze reklykheid gewinnen? Niets; nademaal 'er, behalven de geela kleur, nog andere kleuren zyn, die te gelyk aan den wyn, het fyn linnenen aan de paarden eigen zyn. Zoo wille keurig, als door bochart en zyn na volgers de paarden van Zacharias geel gemaakt zyn, hebben wy aan dezelve een purperkleur toegefchreven. Een kleur, die, niet minder in de druiven, dan in de paarden, geprezen wordt. PLiNiuscolumella, en een reeks van Romeinfche Dichters, welker naa- T 4 men

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 369