358 g, kuipers over de h. si faber, tot meenige vry vinnige aan- teekening, oorzaak gegeevenomdat hy dikmaals, meer de Engelfche Ver taaling, dan den Bybel, opheldert. Het is derhalven zeer verkeerd, dat jonge liedeneer zy nog eenige merk- lyke, ja zelf, eer zy nog eenige vor deringen, in de Taalkunde gemaakt hebben, zig overgeeven, aan het lee- zen, van Reisbefchryvingen, om daar uit de Schrift licht bytezetten, gelyk het was, in een gedeelte, des tyds, van myn verblyf, op de Hooge fchool, toen de lllustreer-zugtals ce- ne befmettende ziekte, van den ee- nen, tot den anderen overging. Niet, dat ik, der ftudeerende jeugd, het leezen, van goede Reisbefchryvin gen, geheel zou ontraaden dat zy verre neen, ik prys hun dit veel eer aan, hoe meerdere kennis zy van het Oosten hebben, hoe meer zy ook de Schrift, met het oog, eens Oos- terlingszullen leezenwaar door haare Verhaalen, dat vreemdehet geen zy anders hebben, verliezen, en teevens duidelyker en aangenaamer, worden zuilen. Maar ik wil alleen- Jyk dit, dat zy, daar van, geen hoofd-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 432