374 g- kuipers over de h. s. ten zelve, van laater dagteekening zyn, geene in de H Schrift, vermelde Gewoonte of gebruikte Spreekwys verklaare. Zo willen eskuche en har- mar (z), uit het gebruik, dat men in zommige Oosterfche Stedende huis deuren zeer klein en naaw maakt verfcheidene plaatzen licht byzetten als: Pfalm XXIV7. Hejt uwe hoofden op, gv Poorten! Spreuk, XVJI: 19, JJie zyn deur verhoogt zoekt verbreeking. Maar ten onregte, want die gewoonte is van laater tyd: chardin zegt, dat zy zedert eenige jaaren, in Perfieerst in de Mode is gekomen (a); en elders is zy ingevoerd, om de Turken, in die Landen, alwaar zy üverheeren zyn, te fabe.r berigt ons, uit schweigger, dat de muur, die men op de daken heeft, aan de binnenzyde, om het afvallen voortekoomen tot aan dc borst reikt, en uit pannenof gebakken (teenis opgetrokken en naar zyn oordeel, was het die dak-muur, wélke de Jooden opbraaken, om den geraakten, van het ■dak, voor jesus nedertelaatenom dat, wanneer zy hem, over die borstweering, hadden neergclaaten ligtelyk (teenendaar vanhadden kunnen afbree- kenen op de geenendie beneeden (tondenvallen. Zie zyne Archaol. der IlebraerI. Th. f. 419. Dee- ze Verklaring, komt mv voor, best met het Verhaal, en van markus en van lukas te ftrooken. (z) a. b. i. D. ld. ure. v. (V) Voyages T. VIII. y>. 206. Ed, in 8®.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 448